Patricia ter Haar
Stafadviseur Vaktechniek en Compliance
088 2531522 | pterhaar@alfa.nl
20 september 2024 | Door: Patricia ter Haar
Het krijgen van een kind kan met uitstek het moment zijn dat je bedenkt dat je huidige woning toch niet meer voldoet aan je wensen. Maar natuurlijk kan er ook een andere reden zijn voor het opnemen van zwangerschaps- en bevallingsverlof (WAZO-verlof) of andere vormen van onbetaald verlof. Het opnemen van dit al dan niet gedeeltelijk betaald verlof heeft dan ook (tijdelijk) impact op je inkomen.
Om een nieuwe woning aan te kunnen kopen heb je altijd een werkgeversverklaring nodig voor de hypotheekverstrekker waaruit blijkt dat je de nieuwe woning ook kunt betalen. Wat nu als je in die periode gebruik maakt, of op korte termijn gaat maken, van één of meerdere van de WAZO-verlofvormen waardoor je een lager inkomen hebt?
Met WAZO-verlofvormen worden onder andere zwangerschaps- en bevallingsverlof, aanvullend geboorteverlof en betaald en onbetaald ouderschapsverlof bedoelt. Maar ook kort- en langdurig zorgverlof voor bijvoorbeeld mantelzorg valt onder deze regeling.
Op de werkgeversverklaring dient door je werkgever altijd het op dat moment geldende salaris te worden ingevuld. Heb je met je werkgever afgesproken dat je een bepaalde periode WAZO-verlof opneemt, en daardoor een lager salaris ontvangt, dan moet op de werkgeversverklaring ook dit lagere salaris worden ingevuld.
Het opnemen van verlof kan er dus toe leiden dat je op dat moment te weinig verdient om de gewenste hypotheek te kunnen krijgen.
Wordt het verlof binnen de aankomende zes maanden beëindigd dan is het mogelijk om toch het hogere salaris op de werkgeversverklaring te vermelden. Je hebt dan wel een, door werkgever en werknemer getekende overeenkomst, inzake opname van het verlof nodig waaruit dit ook blijkt.
Duurt de periode van het verlof nog langer dan zes maanden, dan heb je als werknemer het recht om aanvullend geboorteverlof of ouderschapsverlof te onderbreken of stop te zetten in verband met een onvoorziene situatie. Je dient deze onderbreking dan wel schriftelijk aan te vragen bij je werkgever.
De werkgever mag de onderbreking of stopzetting alleen weigeren als dit het bedrijf ernstig in de problemen brengt. De werkgever kan er voor kiezen om de onderbreking of stopzetting (uiterlijk) na vier weken vanaf datum indiening van het verzoek in te laten gaan.
Besluit je op enig moment voor het restant wel weer van de verlofregelingen gebruik te willen maken, dan dien je op dat moment nog wel aan de voorwaarden voor het opnemen van het verlof te voldoen. Let hierbij ook op wat er in je CAO over is afgesproken.
Heb je vragen over dit onderwerp of heb je als werkgever hulp nodig bij het invullen van de werkgeversverklaring voor je werknemer, dan kan Alfa je van dienst zijn! Benader jouw contactpersoon bij Salaris en Personeel. Hij of zij kan je verder helpen.