Werknemer of zelfstandige? Belangrijke ontwikkelingen in het ‘zzp-dossier’
15 juli 2024 | Door: Jasper Gorter
Is een arbeidskracht werknemer of zelfstandige? Dat is niet altijd makkelijk te bepalen. Met een nieuw wetsvoorstel wil het kabinet het makkelijker maken om dit te beoordelen. Daarnaast start de Belastingdienst de handhaving (eindelijk) weer op.
Welke ontwikkelingen zijn er gaande?
De afgelopen tijd zijn er drie belangrijke ontwikkelingen gaande met betrekking tot het zzp-dossier:
- Verduidelijken van de wetgeving met betrekking tot werknemers/zzp’ers. Het nieuwe wetsvoorstel (zie hieronder) valt in deze categorie;
- Het verschil in belastingdruk tussen werknemers en ondernemers met fiscale maatregelen verkleinen (gelijker speelveld). Denk hierbij aan de afbouw van zelfstandigenaftrek en de mkb-winstvrijstelling, maar ook de introductie van een verplichte arbeidsongeschiktheidsverzekering voor zelfstandigen;
- Verbetering van de handhaving. In dit kader is van belang dat de Belastingdienst vanaf 1 januari 2025 weer volledig zal handhaven op schijnzelfstandigheid.
Inhoud nieuw wetsvoorstel
Onlangs is een aanpassing geweest van het wetsvoorstel ‘Verduidelijking beoordeling arbeidsrelaties en rechtsvermoeden’ (VBAR). Deze wet moet schijnzelfstandigheid voorkomen en duidelijk maken wanneer iemand werkt als werknemer of zzp’er.
Er is sprake van een werknemer als er sprake is van een gezagsverhouding tussen werkgever en werknemer. Dit wordt ook wel genoemd het ‘werken in dienst van’. Dit is in de praktijk best lastig te beoordelen. Het wetsvoorstel geeft hiervoor een wettelijk toetsingskader. Dit toetsingskader bestaat uit enkele criteria:
- Is sprake van een werkinhoudelijke of organisatorische sturing met betrekking tot de arbeidskracht? Denk bijvoorbeeld aan de mogelijkheden tot het geven van instructies, controle en ingrijpen. Ook is van belang of de werkzaamheden worden uitgevoerd binnen het organisatorisch kader van de opdrachtgever. Daarnaast is relevant of er werknemers zijn die soortgelijke werkzaamheden verrichten.
- Verricht de arbeidskracht de arbeid (niet) voor eigen rekening en risico? Denk hierbij aan verantwoordelijkheid voor de hulpmiddelen (gereedschap, bestelbus etc.) die gebruikt worden. Regelt de arbeidskracht dit zelf of juist niet? Presenteert de arbeidskracht zich zelfstandig naar buiten of onder de naam van de opdrachtgever? Is sprake van een opdracht van korte duur?
Is met behulp van de bovenstaande criteria onvoldoende duidelijk of sprake is van een werknemer of zelfstandige, dan is bepalend of de arbeidskracht zich als ondernemer presenteert. Denk hierbij aan meerdere opdrachtgevers en/of een eigen website, etc. De voorgaande criteria moeten de vraag straks sneller beantwoorden of er sprake is van werknemerschap of werken als zzp-er
Daarnaast introduceert het kabinet een rechtsvermoeden van werknemerschap bij een uurtarief van maximaal 33 euro. Dit rechtsvermoeden maakt het voor werkenden aan de basis van de arbeidsmarkt makkelijker om een arbeidsovereenkomst te claimen.
Het is de bedoeling dat deze nieuwe regels per 1 januari 2026 van kracht worden. Mogelijk vinden op dit wetsvoorstel nog aanpassingen plaats.
Vanaf 1 januari 2025 meer toezicht door Belastingdienst
Sinds 2016 is het handhavingsmoratorium van kracht. Op 1 januari 2025 heeft de Belastingdienst dit moratorium volledig op en gaat dus actief controleren of zzp-ers niet toch in dienst zijn en de werkgever loonheffingen had moeten inhouden en afdragen. Bij een naheffing kunnen de loonbelasting en premies volksverzekeringen vaak worden verhaald op de vermeende zzp-er, mits contractueel goed geregeld, maar dat geldt niet voor de bijdrage zorgverzekeringswet en de premies werknemersverzekeringen. Dit kan flinke financiële risico’s met zich meebrengen.
Verder gelden vanuit het arbeidsrecht ook verplichtingen wanneer (toch) sprake is van een arbeidsovereenkomst. Denk aan de doorbetaling van loon bij ziekte, de toepassing van een cao, ontslagbescherming en een transitievergoeding bij einde overeenkomst. Naar verwachting neemt ook de druk van pensioenfondsen om voor de betreffende werknemers pensioenpremies af te dragen toe.
Wat betekent dit voor jouw organisatie?
De hoofdlijnen ter bestrijding van schijnzelfstandigheid worden steeds duidelijker. Er komt per 1 januari 2026 wettelijke verduidelijking rondom de gezagsverhouding (het werken in dienst van). Daarnaast start de handhaving door de Belastingdienst per 1 januari 2025. Dit betekent dat je in aanloop naar 2025 al actie moet ondernemen.
Werk je met zzp’ers? Dan kun je al jouw eigen positie in kaart brengen en waar mogelijk de juiste stappen zetten. Voorkom daarmee het risico op schijnzelfstandigheid en zorg ervoor dat jouw onderneming toekomstbestendig is. Onze Alfa adviseurs staan daarbij voor je klaar.