Een oudedagsverplichting (ODV), wat doe je ermee?
6 april 2022 | Door: Dick Leeuw
Heb je als directeur-grootaandeelhouder (dga) meegedaan met de uitfasering van het pensioen in eigenbeheer in de periode van 2017 -2019? Wellicht ben je dan de trotse eigenaar geworden van een oudedagsverplichting (ODV). Maar wat kan je dan eigenlijk (niet) met die ODV? In dit artikel lees je een aantal belangrijke aandachtspunten.
Wat is een oudedagsverplichting (ODV) ?
De ODV is de verplichting die de bv heeft om aan jou gedurende een bepaalde periode een bedrag in delen uit te keren, een jaarlijks bedrag vergelijkbaar met een pensioen. De omvang van deze verplichting staat in jouw jaarrekening. Jaarlijks wordt het bedrag opgerent. Dit moet op basis van een wettelijk voorgeschreven rente. Deze is nu negatief. Dit betekent dat de verplichting lager wordt. Door de afname van de verplichting ontstaat er winst in de bv en wordt jouw uitkering lager.
In principe moet de bv de ODV gaan uitkeren op het moment dat je AOW gaat ontvangen. De verplichting moet door de bv in 20 jaar worden “afgelost". Over de jaarlijkse uitkering is loonbelasting verschuldigd. De loonbelasting moet door de uitkerende bv worden ingehouden. Wil je de uitkering eerder? Dat kan, maar niet eerder dan 5 jaar voor de AOW-leeftijd.
Geen flexibiliteit
De ODV is niet flexibel. Wil je liever het bedrag in een kortere periode uitkeren, dan kan dit alleen door de ODV geheel of gedeeltelijk af te storten in de vorm van een lijfrente bij een bank of verzekeraar.
Stort je de ODV niet af dan weet je dat je in principe nog 20 jaar de bv in stand moet houden om de ODV te laten uitkeren. Het jaarlijks opstellen van een jaarrekening, een aangifte vennootschaps- en loonbelasting kan aardig in de papieren lopen. En deze kosten zullen bij een grote of kleine ODV-verplichting niet verschillen.
Uiteraard kan het aanhouden van een bv ook voordelen hebben, maar zorg ervoor dat de bv niet alleen maar een kostenpost wordt.
Voordeel van een lijfrente
HHet voordeel van een lijfrente is dat deze in principe veel flexibeler is. Een lijfrente mag bijvoorbeeld op ieder moment ingaan. Bij ingangsdatum voor de AOW-leeftijd is de uitkering dan wel lager omdat de uitkering “levenslang” moet zijn. In sommige situaties is dit gewenst. De uiterste ingangsdatum van een lijfrente is vijf jaar na AOW-leeftijd. Bij ingang na de AOW-leeftijd zit je niet vast aan een looptijd van 20 jaar. De minimale looptijd van een lijfrente is in dat geval vijf jaar.
Als de uitkeringsduur korter is dan 20 jaar mag de hoogte van de uitkering niet meer bedragen dan 22.735 euro (2022) per jaar. Door de looptijden van de uitkeringen goed af te stemmen op je andere inkomsten, kun je een goede invulling geven aan jouw inkomensbehoefte en belastingdruk.
Daarnaast is in tegenstelling tot een ODV onder voorwaarden ook (gedeeltelijke) afkoop van een lijfrente mogelijk bij arbeidsongeschiktheid. Vanaf 1 januari mag ook zonder arbeidsongeschiktheid 10 procent worden afgekocht.
Wanneer ODV uiterlijk afstorten?
Als uiterste leeftijd voor de afstortingsmogelijkheid geldt jouw AOW-leeftijd plus vijf jaar. De bv moet wel voldoende liquide middelen hebben. In principe moet de hele oudedagsverplichting op een bancaire lijfrentespaarrekening (of lijfrenteverzekering) worden gestort. Lukt dat niet omdat de bv minder bezittingen heeft dan de oudedagsverplichting op de balans? Dan is onder bepaalde voorwaarden afstorting in een (bancaire) lijfrente mogelijk. Overleg hierover met de fiscus is noodzakelijk. De BV moet daarna worden geliquideerd.
Overlijden en afstorten ODV
Ingeval van overlijden is afstorten ook mogelijk. Uiteraard moet er dan ook geld zijn om te kunnen afstorten. De lijfrente voor de langstlevende partner moet wel een van de drie voorgeschreven lijfrentevormen hebben. Als de partner op het moment van overlijden al vijf jaar recht op een AOW-uitkering heeft, is afstorting alleen mogelijk als de kinderen een lijfrente bedingen voor de ODV. De partner moet de ODV-uitkering dan wel kunnen missen. Bovendien moet het testament aan bepaalde eisen voldoen om de volledige afstorting door de kinderen mogelijk te maken.
Laat je niet verrassen en breng de financiële gevolgen in beeld voor de situaties van een overlijden voor en nadat de ODV ingaat.
Afsluitend
Een ODV wat doe je ermee? Het kan gunstig zijn om de ODV over te dragen aan bijvoorbeeld een bank. Door het afstorten van de ODV in een lijfrente kun je mogelijk kosten besparen en ben je veel flexibeler in jouw financiële planning. Uiteraard moet dit fiscaal en financieel wel mogelijk zijn. Het is wel belangrijk je goed te laten adviseren om financiële kleerscheuren te voorkomen. Hulp nodig bij het opstellen van een inkomensplanning of meer advies over het afstorten van de ODV? Neem dan contact op met een van onze adviseurs.
