Banner

Bufferstroken: wat moet ik daarmee in 2023?

29 november 2022 | Door:  Linda Koersen

In de nieuwe wetgeving vanuit het mestbeleid en het gemeenschappelijk landbouwbeleid (GLB) gaan bufferstroken een prominente rol spelen. Hoe zit dit nou precies? Wat geldt voor jouw bedrijf? Wat mag wel en niet op een bufferstrook? En, hoe behaal je ook voordeel uit een bufferstrook?

In het 7e Actieprogramma Nitraatrichtlijn is een maatregel opgenomen om de teeltvrije zones, ofwel bufferstroken te verbreden. In de recente derogatiebeschikking van de Europese Commissie zijn bufferstroken langs wateren van minimaal 3 meter breed opgenomen. Die gaan voor alle bedrijven gelden, dus ook voor niet-derogatiebedrijven. Op de nieuwe bufferstroken mag je geen bemesting en geen gewasbeschermingsmiddelen toepassen. Maaien en beweiden zijn wel toegestaan. In tegenstelling tot de huidige teeltvrije zones, waarop een ander gewas dan de hoofdteelt moet staan, geldt dat op bufferstroken alle gewassen zijn toegestaan. Landschapselementen, zoals een heg of houtwal, en schouwpaden mogen onderdeel uit maken van de bufferstrook.

Verschillende breedtes en soms afschaling mogelijk

De verschillende waterlopen kennen elk een standaard minimum breedte van de te hanteren bufferstrook. Een bufferstrook langs een ecologisch kwetsbare waterloop is altijd minimaal 5 meter breed. Vanuit de Kaderrichtlijn Water (KRW) zijn wateren aangewezen die extra aandacht nodig hebben om de waterkwaliteit te verbeteren en te beschermen, de zogenaamde KRW-waterlichamen. Hiervoor geldt ook standaard een minimale bufferstrook van 5 meter. Een bufferstrook langs overige watervoerende sloten is minimaal 3 meter breed. Sloten die onder normale omstandigheden droog staan tussen 1 april en 1 oktober moeten een bufferstrook van minstens 1 meter breed hebben.

In een aantal situaties mag een smallere breedte worden gehanteerd. Dat wordt ‘afschaling’ genoemd. In waterrijke gebieden langs smalle percelen gaat namelijk een smallere breedte gelden. Als de bufferstrook meer dan 4% van het areaal van een topografisch perceel beslaat, is sprake van een terugvaloptie voor de minimum breedte van de bufferstrook: 


Feitelijk wordt de bufferstrook, na aanpassing van de mestwetgeving, de opvolger van de al bestaande teeltvrije zone. Tot dat moment geldt dat de huidige – in 2023 – verplichte breedte van de teeltvrije zones de minimumbreedte blijft. Is de teeltvrije zone breder dan de bufferstrook? Dan geldt de regel voor de teeltvrije zone. Op een flauw talud hoeft niet te worden gemeten vanaf de insteek, maar mag gemeten worden vanaf 1 meter van het wateroppervlak.

Instapeis voor nieuw GLB

Om de basispremie in het nieuwe GLB te ontvangen, moet je voldoen aan de conditionaliteiten. Dat zijn normen en eisen die volgen uit verschillende wetgeving. Daaronder vallen GLMC4 en 10: ‘bufferstroken langs waterlopen’. In het nieuwe GLB komen de bufferstroken, zoals hierboven beschreven, dus als instapeis terug. Als de verplichte bufferstrook langs waterlopen (GLMC4 en 10) tevens wordt ingezet voor de conditionaliteit ‘4% niet-productieve landbouw’ (GLMC8), dan zijn maaien en beweiden niet toegestaan.

Vergoeding voor kruidenrijke bufferstrook via de eco-regeling

Naast de basispremie kun je vanaf 2023 een extra betaling ontvangen voor activiteiten uit de eco-regeling. Er zijn twee eco-activiteiten die specifiek op bufferstroken toepasbaar zijn: de ‘bufferstrook met kruiden langs bouwland of blijvende teelt’ en de ‘bufferstrook met kruiden langs grasland’.

Voor beide eco-activiteiten geldt dat de kruidenrijke bufferstrook (deels) samenvalt met een verplichte bufferstrook uit de conditionaliteiten (GLMC 4 en 10). De bufferstrook is minimaal 3 en maximaal 12 meter breed. Van 1 april tot 1 oktober moet de bufferstrook voor minimaal 25% bedekt zijn en gelijkmatig verdeeld met kruiden en vlinderbloemige gewassen. Inzaaien van een kruidenmengsel is toegestaan, maar spontane opkomst van kruiden en vlinderbloemigen is ook akkoord. De kruidenrijke bufferstroken mogen niet beweid of geoogst worden. Maaien en afvoeren zijn wel toegestaan, omdat dit een vorm van beheer is.

Door deze eco-activiteit toe te passen op de toch al verplichte bufferstrook (GLMC 4 en 10), kunnen punten en waarde behaald worden voor de extra eco-premie op niveau brons, zilver of goud . Voor de bufferstrook met kruiden langs grasland is de waarde €642 en langs bouwland zelfs €1.026 per hectare. Er wordt geen waarde toegekend als de eco-activiteit ‘bufferstrook met kruiden’ op niet-productieve grond (GLMC8) wordt ingezet.

Bufferstroken in Mijn percelen

Vanaf februari 2023 is het de bedoeling dat er een referentiekaartlaag beschikbaar is via ‘Mijn Percelen’ van alle soorten waterlopen en bijbehorende bufferstroken, met toepassing van de 4%-afschaling-regel. Sloten en andere landschapselementen die je in beheer hebt, moet je intekenen bij je bedrijf. De verplichte bufferstroken hoeven vooralsnog niet ingetekend te worden, tenzij je de bufferstrook inzet als niet-productieve grond (GLMC8) of voor de eco-activiteit ‘bufferstrook met kruiden’.

Kortom…

In Nederland ontkom je niet meer aan het toepassen van bufferstroken op je grond. Door bufferstroken in te zaaien met kruiden of vlinderbloemige gewassen, kan deze toch al wettelijke verplichting je wel een extra betaling via de eco-premie opleveren. Wil je weten hoeveel bufferstrook jij moet aanhouden? Of welke bufferstroken je in kan zaaien met een kruidenmengsel en wat dit oplevert? Neem dan contact op met jouw Alfa adviseur

Meer lezen?

Wijzigingen voorwaarden nieuw GLB
Het nieuwe GLB komt eraan: waar begin ik?
Niet-derogatiebedrijven ook geraakt door derogatievoorwaarden

Linda Koersen

Linda Koersen

Bedrijfskundig adviseur

088 2533160 | lkoersen@alfa.nl


Meer over Linda