Melkcertificaten FrieslandCampina: wat zijn de economische en fiscale aandachtspunten?
1 november 2021 | Door: Jeroen Boele
Per 1 januari 2022 voert FrieslandCampina een systeem van melkcertificaten in. Elk melkveebedrijf moet per kg geleverde melk 8 cent aan melkcertificaten hebben. Bij een levering van 1 miljoen kg moet je dus beschikken over 80.000 euro aan melkcertificaten. Als de melkhoeveelheid stijgt, heb je meer certificaten nodig. De melkcertificaten zijn enigszins vergelijkbaar met de ledencertificaten en obligaties die FrieslandCampina kent. Maar er zijn ook grote verschillen. Op melkcertificaten wordt bijvoorbeeld geen rente vergoed. Aan welke economische en fiscale punten moet je denken?
Net als bij ledencertificaten en obligaties neemt een melkveehouder met melkcertificaten deel in het vermogen van FrieslandCampina. Als de omstandigheden niet wijzigen, kan dat vermogen te gelde worden gemaakt als het lidmaatschap eindigt (zonder koerswinst of -verlies). Let op: als er sprake is van een nabetaling heb je daar alleen recht op als je voldoende melkcertificaten hebt. Vóór 2022 was de nabetaling niet afhankelijk van deelname in het vermogen van FrieslandCampina.
Betaling koopsom melkcertificaten
De koopsom van de melkcertificaten moet je ‘betalen’. Niet alleen bij invoering van het systeem op 1 januari 2022, ook bij stijging van de melkleverantie of bij bedrijfsovername. Terug naar het voorbeeld van de melkveehouder die 80.000 euro nodig heeft om de koopsom te betalen: bij invoering van het systeem kan hij betalen in geld, maar ook door ledencertificaten en obligaties (vrij en vast) om te zetten.
Heeft die melkveehouder niet voldoende ledencertificaten of obligaties-vast voor de omzetting in melkcertificaten? Dan kun je dat geld renteloos van FrieslandCampina lenen. Aandachtspunt is dat er wel moet worden afgelost! Je lost af door inhouding van bedragen op de nabetaling. Voor beantwoording van de vraag of je in aanmerking komt voor een renteloze lening tellen obligaties-vrij en de vrije ledenrekening niet mee.
Voorbeeld
Stel: de melkveehouder heeft 80.000 euro aan melkcertificaten nodig. Aan ledencertificaten en obligaties-vast heeft hij 60.000 euro, aan obligaties-vrij en op de vrije ledenrekening heeft hij 45.000 euro. Dan komt hij voor 80.000 – 60.000 = 20.000 euro in aanmerking voor een renteloze lening.
Hij mág de koopsom natuurlijk ook contant, met obligaties-vrij of via de vrije ledenrekening betalen, maar het hoeft niet.
Onder voorwaarden kan de koopsom ook worden geleend bij bedrijfsovername in de toekomst: de bedrijfsovernemer moet immers meestal beschikken over eenzelfde aantal melkcertificaten als waar het bedrijf vóór overname over beschikte (bij continuering van levering van dezelfde hoeveelheid).
Maatschap/firma
Stel dat er 1 miljoen kg melk wordt geleverd door een samenwerking, bijvoorbeeld een maatschap of een vennootschap onder firma tussen vader, moeder en zoon. Bij invoering van dit systeem wordt de 80.000 euro aan melkcertificaten alleen op naam gesteld van degene die lid is van FrieslandCampina. Als alleen vader en zoon lid zijn, moeten vader en zoon vervolgens een keuze maken. Hoe wordt die 80.000 euro aan melkcertificaten tussen hen verdeeld? FrieslandCampina gaat uit van de verdeling zoals die bij hen op 11 maart 2021 bekend was. Stel: 60% vader en 40% zoon. Dan moet vader 48.000 euro aan melkcertificaten hebben en zoon 32.000 euro aan melkcertificaten.
Heeft vader 57.000 euro aan ledencertificaten en obligaties-vast (dus meer dan de benodigde 48.000 euro)? Dan komt hij niet in aanmerking voor een renteloze lening. Als de zoon 6.000 euro aan ledencertificaten en obligaties-vast heeft, komt hij voor 26.000 euro in aanmerking voor een renteloze lening.
Vader en zoon kunnen trouwens ook besluiten om vaders resterende 9.000 euro (57.000 – 48.000) om te zetten in melkcertificaten. Dat moeten zij FrieslandCampina vragen vóór 17 december 2021.
Let op: als zoon in dit voorbeeld minder dan 32.000 euro aan melkcertificaten verwerft (omdat vader meer verkrijgt), kan hij bij bedrijfsoverdracht minder renteloos lenen van FrieslandCampina.
Ander voorbeeld
Stel dat vader nu geen 48.000 euro aan melkcertificaten verkrijgt, maar 57.000 euro. Als de zoon bijvoorbeeld in 2024 het bedrijf overneemt, moet hij ook vaders 57.000 euro overnemen. Daarvan mag hij 48.000 euro renteloos van FrieslandCampina lenen en geen 57.000 euro. En dat terwijl zoon in 2021 die aan vader afgestane 9.000 euro aan melkcertificaten wel renteloos van FrieslandCampina had kunnen lenen.
Vader en zoon kunnen in 2021 ook afspreken dat zoon veel meer melkcertificaten koopt dan de gemelde 32.000 euro (zie voorbeeld). Vaders hoeveelheid daalt dan. Door die verdelingswijziging kan zoon echter niet een hoger bedrag renteloos lenen van FrieslandCampina dan 26.000 (zie voorbeeld).
Bedrijfsoverdracht duurder
Ook een bedrijfsopvolger moet na de overname beschikken over voldoende melkcertificaten.
Stel dat in het voorbeeld sprake is van een vader/moeder/zoon-firma, met een levering van 1 miljoen kg en 80.000 euro aan melkcertificaten bij een verdeling van 48.000 euro vader en 32.000 euro zoon.
Na overname moet de zoon 48.000 euro aan melkcertificaten bijkopen. Die kan hij op dezelfde wijze betalen als hiervoor is geschetst. Maar het moet wel betaald worden. Dat heeft invloed op de financiële positie van de overnemer maar ook op die van de ouders. Hoe groot die invloed is, is uiteraard sterk afhankelijk van de situatie op het individuele bedrijf. Daarbij moet je er ook van bewust zijn dat melkcertificaten een achtergesteld karakter hebben, wat een bepaald risico met zich mee brengt.
Fiscale aspecten
De koopsom aan melkcertificaten kan worden voldaan door bijvoorbeeld ledencertificaten of obligaties om te zetten in melkcertificaten. Ledencertificaten staan vaak voor een lager bedrag op de balans dan de werkelijke waarde (= 50 euro) plus rente. Bij obligaties is dat meestal niet het geval.
Als ledencertificaten worden omgezet in melkcertificaten, ontstaat er fiscale winst. Wij verwachten dat belastingheffing daarover kan worden uitgesteld. Over de exacte invulling daarvan wordt geprobeerd op korte termijn overeenstemming met de Belastingdienst te bereiken.
Dat fiscale vraagstuk ontstaat meestal niet als de koopsom van melkcertificaten wordt voldaan door:
- omzetting obligaties-vast of –vrij
- benutting van de vrije ledenrekening
- een bancaire betaling
Wij zijn van mening dat op de koopsom van melkcertificaten niet kan worden afgeschreven en dat er geen investeringsaftrek over kan worden verkregen. Er zijn nog andere fiscale aspecten, maar het voert te ver daarop hier nader in te gaan.
Ondersteuning
De vernieuwing van de ledenfinanciering bij FrieslandCampina is een verandering op jouw bedrijf. De coöperatie geeft voldoende mogelijkheden om de koopsom van de melkcertificaten in te kunnen vullen, maar het is en blijft een financieringsvraagstuk. Hoe je dit invult, is sterk afhankelijk van de financiële positie op je bedrijf. Heb je vragen of zoek je ondersteuning bij dit vraagstuk? Neem dan contact op met de specialisten van Alfa, met ruim 30 kantoren zijn we overal dichtbij.