Tips voor werkgevers
22 november, 2016 | Door: Jasper Gorter
In de loonsfeer zijn een aantal belangrijke wijzigingen geweest. Zo is het sinds vorig jaar verplicht om gebruik te maken van de werkkostenregeling. U kunt de resterende tijd van 2016 gebruiken om te bekijken of u hier optimaal gebruik van maakt. Verder is het aantrekkelijker geworden om laag betaalde werknemers in dienst te nemen en is het belangrijk om rekening te houden met het inhoudingsverbod minimumloon.
1. Nieuw loonkostenvoordeel voor lage lonen
Vanaf 2017 krijgen werkgevers die werknemers in dienst hebben met een loon tussen 100% en 125% van het wettelijke minimumloon (WML), een nieuwe tegemoetkoming: het lageinkomensvoordeel (LIV). Voor de LIV gelden de volgende voorwaarden:
- Het gemiddelde uurloon van de werknemer bedraagt minimaal 100% en maximaal 125% van het WML voor een 23-jarige of ouder.
- Er is sprake van een substantiële baan (minimaal 1248 verloonde uren per kalenderjaar).
- De werknemer heeft de AOW-gerechtigde leeftijd nog niet bereikt.
Het LIV is ook van toepassing op werknemers jonger dan 23. Zij moeten dan echter wel een gemiddeld uurloon hebben van minimaal 100% en maximaal 125% van het WML voor een 23-jarige of ouder .
Tip:
U hoeft geen apart verzoek te doen voor het LIV. Het LIV wordt automatisch vastgesteld aan de hand van de in uw loonaangifte aanwezige gegevens.
Het LIV wordt vormgegeven als een vast bedrag per verloond uur met een vast bedrag als jaarmaximum, volgens de volgende tabel.
Hoogte loon |
Gemiddelde uurloon 100% tot 110% van het WML |
Gemiddelde uurloon 110% tot 125% van het WML |
Vast bedrag per verloond uur |
€ 1,01 per uur |
€ 0,51 per uur |
Maximale hoogte LIV |
€ 2.000 per jaar |
€ 1.000 per jaar |
Let op!
Het LIV geldt al vanaf 2017 maar wordt uiteindelijk pas na 1 augustus 2018 aan de werkgever uitgekeerd. Houd er dus rekening mee dat u het loonkostenvoordeel 2017 pas in de tweede helft van 2018 daadwerkelijk ontvangt.
2. Benut uw mogelijkheden binnen de werkkostenregeling
Benut ook dit jaar uw mogelijkheden binnen de werkkostenregeling:
- Beoordeel uw nog resterende vrije ruimte (1,2% van de totale fiscale loonsom). Het is niet mogelijk om de vrije ruimte die in 2016 over is, door te schuiven naar 2017. Maar als u vrije ruimte over heeft, kunt u wel uw werknemers dit jaar nog een aantal belastingvrije vergoedingen of verstrekkingen geven.
- Houd hierbij rekening met het gebruikelijkheidscriterium. Dit is een lastig criterium dat inhoudt dat uw vergoedingen en verstrekkingen niet in de vrije ruimte kunnen worden ondergebracht als deze onderbrenging op zichzelf ongebruikelijk is en/of de omvang van de vergoeding/verstrekking ongebruikelijk is. Ongebruikelijk betekent in dit verband: een afwijking van 30% of meer.
- Maak gebruik van de doelmatigheidsmarge van € 2.400 per persoon per jaar. Tot dit bedrag beschouwt de Belastingdienst de vergoedingen/verstrekkingen in ieder geval als gebruikelijk.
- Maak gebruik van de collectieve vrije ruimte binnen de concernregeling. Houd hierbij rekening dat de concernregeling alleen geldt voor bv’s, nv’s en stichtingen en dat een belang van minimaal 95% vereist is.
3. Vier kerst dit jaar WKR-optimaal met uw personeel
Geef bij dreigende overschrijding van de vrije ruimte in plaats van een kerstpakket eens een nieuwjaarsgeschenk. Of vervang de kerstborrel buiten de deur door een nieuwjaarsborrel buiten de deur. En het bedrijfsfeestje is misschien begin 2017 net zo gezellig als eind 2016. Omdat deze verstrekkingen dan in 2017 plaatsvinden, komen ze ook ten laste van de vrije ruimte in 2017.
Let op!
Bedenk wel dat schuiven alleen zin heeft als u ook in 2017 niet met dezelfde dreigende overschrijding van de vrije ruimte te maken krijgt.
Denk ook eens na over het anders inrichten van bepaalde vergoedingen of verstrekkingen. De kerstborrel buiten de deur is met wat aankleding misschien wel net zo gezellig in uw bedrijfspand. Dit is aantrekkelijk omdat de kerstborrel buiten de deur bij aanwijzing ten laste van de vrije ruimte komt, terwijl de borrel binnenshuis op nihil is gewaardeerd.
Let op!
Gaat de borrel binnenshuis gepaard met een maaltijd, dan komt voor de maaltijd wel het forfaitaire bedrag van € 3,25 per werknemer ten laste van de vrije ruimte. Dit is echter altijd beduidend minder dan de werkelijke waarde van een maaltijd buiten de deur die anders ten laste van uw vrije ruimte was gekomen.
4. Inhoudingsverbod minimumloon vanaf 2017
Vanaf 1 januari 2017 mag u geen bedragen meer inhouden op het loon van uw werknemer als u hierdoor minder dan het minimumloon uitbetaalt. Ditzelfde geldt voor het verrekenen van vorderingen met het loon. Er geldt een uitzondering voor verplichte inhoudingen zoals loonheffing en pensioenpremies. Onder voorwaarden is daarnaast een uitzondering mogelijk voor huisvestingskosten en kosten voor een zorgverzekering.
Tip:
Beoordeel of u door het inhoudingsverbod mogelijk bepaalde bedragen, zoals studiekosten en boetes, niet meer kan inhouden en onderneem hiervoor tijdig actie.
5. Zorg tijdig voor een nieuwe garantieverklaring WGA
Bent u eigenrisicodrager voor de WGA, dan geldt dit in 2016 alleen voor werknemer met een vast dienstverband. Vanaf 2017 komen daar flexwerkers bij. Wilt u ook in 2017 eigenrisicodrager blijven, dan moet u een nieuwe garantieverklaring aanvragen die betrekking heeft op zowel werknemers met een vast dienstverband als op flexwerkers.
Tip:
Zorg dat de garantieverklaring uiterlijk 31 december 2016 door de Belastingdienst ontvangen is. Alleen dan kunt u eigenrisicodrager blijven in 2017.