Top 10 fiscale eindejaarstips 2024
4 november 2024 | Door: Jasper Gorter
Op welke manier kun je dit jaar nog fiscaal voordeel halen? Hoe kun je slim inspelen op de wijzigingen die in 2025 ingaan? Hieronder vind je onze tien belangrijkste fiscale eindejaarstips!
1. Optimaliseer de samenstelling van jouw box 3-vermogen
De omvang en samenstelling van jouw vermogen op 1 januari 2025 vormt de basis van de box 3-heffing die je in 2025 betaalt. Het tarief in box 3 lijkt in 2025 hetzelfde te blijven als in 2024, namelijk 36 procent. De wettelijke forfaits voor de verschillende vermogensbestanddelen zijn:
- Banktegoeden: 1,03 procent
- Beleggingen en andere bezittingen: 6,04 procent
- Schulden: 2,47 procent
De forfaits voor banktegoeden en schulden zijn voorlopige percentages. Begin 2025 worden deze percentages vastgesteld. In recente arresten oordeelde de Hoge Raad dat je in box 3 het – door de Hoge Raad vastgestelde– werkelijke rendement in aanmerking mag nemen als dit lager is dan het wettelijke forfaitaire rendement. Dit wordt ook wel de tegenbewijsregeling genoemd.
Voor het jaar 2024 is de berekening van de verschuldigde belasting op basis van forfaitaire rendement niet meer te veranderen. Echter, je kunt voor de aangifte inkomstenbelasting 2024 ook kiezen voor de berekening op basis van het werkelijke directe (dat zijn: opbrengsten) en indirecte rendement (dat zijn: waardeveranderingen). Hoe dit precies moet worden berekend, staat nog niet vast. Het lijkt erop dat voor de berekening van het werkelijke rendement, voor de berekening van het directe rendement wordt aangesloten bij het kasstelsel. Dit betekent dat het uitstellen van de ontvangst van opbrengsten naar 2025 mogelijk voordelig is. Waarschijnlijk zal de uitgestelde opbrengst dan in het volgende jaar worden belast. Echter, in dat jaar is het dan afhankelijk van de situatie wellicht weer voordelig om te kiezen voor het wettelijke forfaitaire systeem.
Voor 2025 kun je nog maatregelen nemen als je verwacht dat het rendement in 2025 jaar hoger zal zijn dat de forfaits. Door voor 1 januari 2025 het vermogen te verlagen, kan de heffing verminderd worden. Je kunt hierbij bijvoorbeeld denken aan het doen van schenkingen, het aflossen van de eigenwoningschuld of het storten van een lijfrente.
De beste keuze zal kortgezegd onder andere afhangen van de samenstelling van jouw vermogen, het (verwachte) rendement en andere variabelen. De optimale keuze voor 2024 en 2025 is nog meer dan in eerdere jaren afhankelijk van jouw specifieke situatie. Laat je goed voorlichten en/of tijdig adviseren over de mogelijkheden.
2. Denk na over jouw dividendplanning in 2024 en 2025
Het tarief in box 2 bedraagt in 2024 24,5 procent tot een bedrag van 67.000 euro. Als je een fiscale partner hebt, kun je zelfs tot een bedrag van 134.000 euro tegen 24,5 procent dividend uitkeren. Elk bedrag daarboven wordt in 2024 belast tegen 33 procent. Keer daarom tot maximaal 67.000 euro – of bij een fiscale partner 134.000 euro– aan dividend uit en profiteer van het lagere tarief.
In 2025 kun je tot een bedrag van 67.804 euro uitkeren tegen 24,5 procent en met een fiscale partner tot een bedrag van 135.608 euro. Het voorstel op Prinsjesdag 2024 is om het tarief voor elk bedrag boven deze grens in 2025 te verlagen van 33 procent naar 31 procent.
Let op! Een dividenduitkering kan ook tot een rendementsnadeel leiden. Door de belastingheffing over de dividenduitkering wordt jouw banksaldo lager, hierdoor mis je rendement. Dit rendementsnadeel verlaagt het belastingvoordeel van het benutten van het lagere belastingtarief. Zomaar dividend uitkeren is niet altijd voordelig.
Als je een groot bedrag aan dividend gaat uitkeren, kun je een deel daarvan beter in 2025 uitkeren vanwege de verlaging van het tarief. Houd er wel rekening mee dat dividenduitkeringen vanaf 2025 ook een lagere algemene heffingskorting kunnen opleveren.
3. Speel in op wijzigingen bedrijfsopvolgingsregelingen
De bedrijfsopvolgingsregeling (BOR) en doorschuifregeling (DSR) wijzigen flink vanaf 2025. Zo gaat het bedrag van de 100 procent vrijstelling omhoog naar 1.500.000 euro (in 2024 is dit nog 1.325.253 euro). De vrijstelling boven het grensbedrag van de 100 procent-vrijstelling gaat van 83 procent in 2024 naar 75 procent in 2025. Dit betekent dat de regelingen in 2024 een groter voordeel op kunnen leveren als de waarde van je onderneming meer dan ongeveer 1.870.000 euro bedraagt. Blijft de waarde van je onderneming daaronder, dan kunnen de regelingen in 2025 meer voordeel opleveren. Ga daarom na of je beter nog dit jaar je bedrijf kunt overdragen of juist beter kunt wachten tot in 2025. Neem daarbij ook andere overwegingen mee, zoals de andere wijzigingen die met ingang van 2025 in de BOR en DSR gelden. Voor een overzicht van de wijzigingen hebben wij een artikel geschreven.
Let op!
Omdat een bedrijfsoverdracht maatwerk is en de ene wijziging per 2025 in jouw voordeel kan zijn terwijl de andere dat niet is, adviseren wij je altijd om een van onze adviseurs in te schakelen. Zij kunnen je adviseren over alle wijzigingen die per 2025 en 2026 naar verwachting ingaan daarbij rekening houden met jouw eigen situatie.
4. Houd jouw fiscale eenheid vpb tegen het licht
Zijn je bv’s op dit moment onderdeel een fiscale eenheid voor de vennootschapsbelasting (vpb)? Beoordeel dan of dit nog wel voordelig is. De fiscale eenheid betaalt vpb over de gezamenlijke winsten van de gevoegde bv’s. Door het verschil tussen het lage (19 procent) en het hoge vennootschapsbelastingtarief (25,8 procent), kan het verbreken van de fiscale eenheid interessant zijn. Het tariefverschil bedraagt in 2025 immers 6,8 procent-punt (19 procent respectievelijk 25,8 procent) en geldt voor de eerste 200.000 euro winst. Na het opheffen van de fiscale eenheid kan iedere bv zelfstandig het tariefsopstapje benutten.
Let op! Overleg altijd met je adviseur of het verbreken van de fiscale eenheid geen andere – nadelige – consequenties heeft. Het kan ook verstandig zijn om je fiscale eenheid niet per 1 januari, maar pas halverwege het jaar te verbreken.
5. Maak gebruik van de voordelen bij aanschaf van een bestelauto
Als ondernemer betaal je in 2024 geen bpm als je een nieuwe bestelauto koopt en die minstens 10 procent zakelijk gebruikt. Deze vrijstelling wordt per 2025 geschrapt. Bij bestelauto’s op fossiele brandstoffen scheelt dit duizenden euro’s. Het is dus voordelig om nog in 2024 een nieuwe bestelauto voor zakelijk gebruik te kopen. Let daarbij wel op beschikbaarheid en levertijden.
Tip! Een bestelauto zonder CO2-uitstoot koop je ook nog in 2025 vrijwel zonder bpm. Het kan zinvol zijn om dat nog in 2024 te doen. Alleen in 2024 kun je nog de Subsidie Emissieloze Bedrijfsauto’s (SEBA) aanvragen. De subsidie geldt bij aanschaf van een nieuwe, emissieloze elektrische bedrijfsauto met een maximumgewicht van 4.250 kilo. De subsidie is afhankelijk van je bedrijfsgrootte en bedraagt maximaal 5.000 euro per auto.
Let op! Je mag nog geen definitieve koop- of financial leaseovereenkomst voor de emissieloze bestelauto hebben afgesloten op het moment dat je de subsidieaanvraag indient.
Let op! Wacht niet te lang met het aanvragen van de SEBA-subsidie. Het beschikbare budget kan opraken. Het loket bij RVO.nl sluit op 31 december, 12.00 uur.
6. Beoordeel het voordeel van een lijfrente
Wil je nog een aftrekpost in jouw aangifte inkomstenbelasting 2024? Maak dan een berekening van je lijfrentemogelijkheden en stort dan nog in 2024 een aftrekbare lijfrentepremie.
De sinds 2023 verruimde lijfrentemogelijkheden maken het gemakkelijker en voordeliger om een goed pensioen op te bouwen. Of je nu net begint met werken of al jaren bezig bent, het is slim om gebruik te maken van de fiscale voordelen die lijfrente biedt. De inleg in een lijfrenteproduct is fiscaal aftrekbaar als aan de gestelde voorwaarden wordt voldaan. Eén van die voorwaarden is de ‘jaarruimte’. De maximale jaarruimtepremie bedraagt 36.077 euro (2024). Daarnaast mag je ook een pensioentekort uit het verleden inhalen tot een bedrag van maximaal 41.608 euro (2024).
Een lijfrentestorting kan flinke voordelen opleveren. Er zitten ook nadelen aan een lijfrente. Zo gelden er strenge voorwaarden voor de uitkeringen. Wil je grote bedragen storten, dan kan ondanks het fiscale voordeel een storting in jouw financieel situatie minder gunstig zijn. Wil je hierover meer weten? Laat dan een financieel plan opstellen. Op die manier krijg je inzicht of een lijfrente bij jouw situatie past en of een lijfrentestorting een voordeel oplevert.
7. Benut je totale vrije ruimte in de werkkostenregeling
Binnen de werkkostenregeling betaal je als werkgever (onder voorwaarden) geen belasting als je met je vergoedingen en verstrekkingen aan jouw personeel binnen de vrije ruimte blijft. Voor 2024 is de vrije ruimte 1,92 procent van je totale loonsom tot en met 400.000 euro. Voor jouw loonsom boven de 400.000 euro is de vrije ruimte 2024: 1,18 procent. Ga na of je nog vrije ruimte over hebt en maak hier gebruik van als je jouw werknemers extra wilt belonen. Een overschot aan vrije ruimte kun je namelijk niet meenemen naar 2025.
Tip! Benut je de vrije ruimte in de werkkostenregeling al maximaal en wil je rond het einde van het jaar toch nog iets extra’s doen voor je personeel? Kijk dan of je dit kunt doorschuiven naar begin 2025.
8. Controleer je voorlopige aanslag 2024
Controleer je voorlopige aanslag 2024. Is de voorlopige aanslag te laag, wijzig deze dan zo snel mogelijk. Dit is om verschillende redenen fiscaal voordelig.
- Als je een aanvullende voorlopige aanslag inkomstenbelasting nog in 2024 betaalt, betekent dat een lager vermogen in box 3 per 1 januari 2025. Zo bespaar je mogelijk belasting.
- Ook rekent de Belastingdienst vanaf 1 juli 2025 een rente van waarschijnlijk 6,65 procent over je aanslag inkomstenbelasting 2024. Dit is hoog, zeker in vergelijking met de rente op een spaarrekening. Voorkom dus dat je een hoge belastingrente verschuldigd wordt en controleer of je voorlopige aanslag 2024 juist is.
Tip! Als je de voorlopige aanslag inkomstenbelasting 2024 meer dan acht weken vóór het einde van het jaar wijzigt en de Belastingdienst lukt het niet om de aanvullende voorlopige aanslag op tijd aan je op te leggen om nog dit jaar kunt betalen, mag je op 1 januari 2025 toch rekening houden met deze belastingschuld in box 3.
Tip! Voor bv’s waarvoor het boekjaar eerder eindigt dan 31 december, bijvoorbeeld door voeging in een fiscale eenheid, start de berekening van belastingrente al eerder, namelijk op de dag die ligt zes maanden na het afsluiten van het boekjaar. Vraag tijdig, dat wil zeggen binnen vier maanden na het einde van het boekjaar, een voorlopige aanslag aan om belastingrente te voorkomen. Voor de vennootschapsbelasting is de belastingrente in 2025 vermoedelijk circa 9 procent!
9. Benut in 2024 voor de laatste keer de giftenaftrek vennootschapsbelasting
Wil je een goed doel (ANBI of steunstichting SBBI) steunen vanuit je bv, doe dit dan nog in 2024.
In de vennootschapsbelasting bestaat een regeling voor giftenaftrek. Die bedraagt maximaal 50% van de winst tot een maximum van 100.000 euro. Voorgesteld is om deze giftenaftrek te laten vervallen voor boekjaren vanaf 1 januari 2025. Het voorstel is ook om iedere gift van een bv aan een ANBI of steunstichting SBBI, vanaf 2025 te behandelen als een dividenduitkering aan de aandeelhouder(s). Dit betekent een verplichte inhouding van dividendbelasting en belastingheffing bij jou als dga in box 2.
Let op! Dit is alleen fiscaal voordelig als jouw bv in 2024 genoeg winst maakt, anders leidt de gift (deels) niet tot aftrek.
10. Beoordeel de arbeidsrelatie met niet-werknemers
Vanaf 1 januari 2025 kan de Belastingdienst weer handhaven als een arbeidsrelatie die je hebt met een zzp’er of een andere niet-werknemer moet worden aangemerkt als een dienstbetrekking. De Tweede Kamer heeft gevraagd om een zachte landing bij het opheffen van het ‘handhavingsmoratorium’ op 1 januari 2025. Eind 2024 is het moment om je arbeidsrelaties binnen de onderneming tegen het licht te houden en waar nodig actie te ondernemen.