Column BouwTotaal: Wat komt er uit het vat?

2 februari 2022 | Door:  Gerrald Heijnen

In mijn column van december vorig jaar schreef ik over de belastingheffing op beleggingsvermogen. Ik gebruikte als kop: 'Wat is het vat zit, verzuurt niet'. Redelijk onverwacht kwam daar op 24 december 2021, daags voor Kerst, uitspraak van de Hoge Raad dat, vrij vertaald, een forfaitaire heffing op spaargelden niet is toegestaan. Daarmee is het speelveld opeens erg veranderd.

In mijn column vermoedde ik dat het ingaan van aangepaste wetgeving nog wel tot 2025 zou duren. Maar dat zal naar verwachting veel sneller gaan na het arrest van 24 december 2021. Voor mensen die hun vermogen op spaarrekeningen hebben staan ziet de fiscale wereld er ineens een stuk beter uit. Het rendement als zodanig blijft natuurlijk nog steeds heel slecht. 

Wat kan de (advies)wereld snel veranderen. Tot eind vorig jaar werden er nog volop 'spaargeld BV's' opgericht. Dat is nu waarschijnlijk niet meer nodig. De wetgeving zal mogelijk op korte termijn zodanig worden aangepast dat de structuur van geld lenen van de eigen BV en dat vervolgens in privé beleggen minder interessant wordt. De wetgever zal immers genoodzaakt zijn het werkelijk rendement in box 3 te gaan belasten. Dat is mooi voor spaarders, maar minder goed nieuws voor de beleggers in vastgoed.

Ook kwam na mijn column het regeerakkoord van het kabinet Rutte IV naar buiten. De hoop dat het wetsvoorstel 'Excessief lenen van de eigen BV' een stille dood zou sterven, is  ijdel gebleken. Het kabinet wil hier wel mee verder. Positief is dat het maximaal te lenen bedrag wordt opgerekt van € 500.000 naar € 700.000. Maar wie weet...
We krijgen een staatssecretaris voor belastingen (Marnix van Rij) die zijn sporen in de advieswereld heeft verdiend. Hij zou dit toch een heel slecht wetsvoorstel moeten vinden.
Zo'n staatssecretaris die de praktijk kent geeft de burger moed. Eindelijk iemand die de wetgeving gaat vereenvoudigen? Dat is wel bitter hard nodig.
Wat ligt er verder op het bordje van de heer Van Rij wat aangekondigd is in het regeerakkoord van Rutte IV? Het lijkt er op dat de fiscale behandeling van vastgoed behoorlijk aandacht krijgt. Een bloemlezing:

• De bedrijfsopvolgingsregeling voor de schenkbelasting zal worden aangepast. de regeling zal 'eenvoudiger'en 'eerlijker' worden. Nou, daar kun je alleen maar voor zijn. Wat dit concreet in gaat houden, wordt niet vermeld. Maar dat de onduidelijkheid rondom vastgoed wordt opgelost, is wel te verwachten.
• Per 1 januari 2023 wordt de overdrachtsbelasting verhoogd naar 9%! In enkele jaren een verhoging van 50%. In 2020 was het tarief nog 6%.
• De jubelton gaan verdwijnen. Vanaf 1 januari 2024 zal het niet meer mogelijk zijn om belastingvrij € 100.000 te schenken voor aanschaf van eigen woning. 
• De waardering van verhuurde woningen in box 3 gaat veranderen. Vanaf 2023 moeten deze worden gewaardeerd op de waarde in vrije staat. In de huidige wetgeving geldt nog een lagere waarde in verband met de verhuurde staat.

Kortom, voldoende beweging in vastgoed en fiscaliteit om in het jaar 2022 heel alert te blijven.

Dit artikel is geschreven door Teus van de Bospoort, die inmiddels niet meer bij ons in dienst is.