“Ik spreek geen Duits, die man van de bank geen Nederlands”
19 november 2018 | Door: Jan van der Vegt
Gerard Meerkerk is inmiddels aan zijn derde melkveelocatie toe. Maar uit Emmer-Compascuum krijgen we ‘m niet meer zo snel weg. De van origine Zuid-Hollander heeft er met vriendin Joyce de Winter en een medewerker de zorg over ruim tweehonderd koeien en honderd stuks jongvee. Al zijn het er eigenlijk te weinig op het vergaand geautomatiseerde bedrijf.
Boeren deed Gerard oorspronkelijk in Molenaarsgraaf, een dorp onder de rook van Rotterdam zoals hij zelf zegt. Vader had 36 hectare land en 75 koeien. “In Zuid-Holland was er te weinig toekomstperspectief voor schaalvergroting. Die mogelijkheden waren er in Denemarken wel. We zijn begin 2000 verhuisd. Maar we kregen nooit echt contact met de Denen. We konden het bedrijf gelukkig makkelijk verkopen en zijn hier neergestreken.”
‘Hier’ in Emmer-Compascuum, aan de Bredesloot 50. Het is het laatste stukje Nederland voor je Duitsland inrijdt; de grens ligt op een paar honderd meter afstand. Gerard kon er het bedrijf realiseren dat hij altijd voor ogen had: zó efficiënt van opzet, dat hij in zijn eentje een maximale melkproductie kon realiseren. Daarom is het bedrijf vergaand geautomatiseerd, met vier melkrobots, een mestrobot en een voerrobot.
Mestverwerking
Inmiddels heeft hij wel een medewerker aangetrokken. “Ik merkte dat je alleen toch wel heel kwetsbaar bent. En mijn vriendin Joyce werkt nu ook mee op het bedrijf.” Van de in totaal 105 hectare grond die hij gebruikt, is de helft eigendom van Gerard: “Daarmee is de mestverwerking wel goed geregeld, maar uiteindelijk zou het mooi zijn als we de mest duurzaam en rendabel zouden kunnen vergisten. Dan heeft ook het milieu er nog profijt van. Maar tot nu toe is er nog geen economisch rendabele manier om dat te doen.”
Hogere vaste kosten
In de stal – gebouwd in 2010, volgens de Maatlat Duurzame Veehouderij – staan nu 210 melkkoeien en honderd stuks jongvee. Eigenlijk te weinig, zegt Gerard. “We zijn dit voorjaar al van 270 naar 225 koeien teruggegaan en er moeten er nog vijfentwintig uit, door de fosfaatregelgeving. Maar de robots zijn afgestemd op een aantal van driehonderd koeien. We houden dus machines over en hebben hogere vaste kosten.”
Bank weigerde financiering
Om de rentabiliteit toch op peil te kunnen houden, besloot Gerard tot een volgende stap: met zonnepanelen zelf de energie opwekken die nodig is voor de robotgestuurde processen. Totdat zijn huisbankier onverwacht op de rem trapte en uitbreiding van de financiering weigerde. “Een teleurstelling. Ik begreep de motivatie van de bank ook niet. Ja, de financiering werd groter, maar de investering zou mede door de SDE-subsidie in zes jaar tijd zijn terugverdiend. Mijn bedrijf zou er beter voor komen te staan. Door alle nieuwe regelgeving wordt je bedrijf enorm kwetsbaar. Dan is het belangrijk dat je bank blijft meedenken in rendementsvolle perspectieven.”
Deutsche Volksbank
De oplossing kwam van Jan van der Vegt, senior bedrijfskundig adviseur van Alfa: geld lenen bij de ‘buren’, in Duitsland. De Deutsche Volksbank (DVB) bleek wél geïnteresseerd. Gerard, lachend: “Ik spreek niet goed Duits, die adviseur van de bank sprak geen Nederlands. Maar we konden elkaar toch verstaan. In het grensgebied zijn die twee talen toch min of meer met elkaar verweven.” Het vertrouwen in de ondernemer werd gestaafd door zijn bedrijfsvisie en een goed plan, aangevuld met BAS Melkvee Plus rapportages.
Veel aandacht besteedt Gerard aan dierenwelzijn. Zijn verklaring: “Dierenwelzijn is voor mij superbelangrijk. Uiteindelijk draait alles om de melk die de koe produceert. En hoe beter je die koe verzorgt, hoe meer melk het oplevert.” Niet zonder trots kan hij de jaarproductie per koe overleggen: een indrukwekkende 12.000 liter. “Dat kan alleen maar als een koe extreem goed in haar vel zit.”
Lezing van Alfa leverde geld op
Alfa-klant is Gerard al sinds het begin van de eeuwwisseling. Toen nog overigens bij het kantoor in Gorinchem, dat vlakbij Molenaarsgraaf ligt. “Ik was eerst klant bij een regionaal kantoor. Totdat ik een keer bij een lezing van Alfa was. Dat verhaal dat Alfa toen hield, heeft mij heel veel geld opgeleverd. Ik ben overgestapt en dat leverde nog meer fiscaal voordeel op. De samenwerking gaat goed. Bij een melkveebedrijf komt gewoon heel veel kijken en dat moet allemaal goed geregeld zijn. En wat ook belangrijk is om de samenwerking goed te houden: elkaar scherp houden.”