“Ik vind het mooi om iets op te bouwen”
21 april 2020 | Door: Rob Roorda
Nee, het hoeft allemaal niet groot-groter-grootst in de melkveehouderij. “Wat wij willen, is een traditioneel gezinsbedrijf”, zegt Wouter Steenbeek (29). Samen met zijn vrouw Hannah (24) heeft hij inmiddels zo’n bedrijf, aan de Mandjeswaardweg in Kampen. Met 75 koeien en 46 hectare pachtgrond kun je óók bestaansrecht hebben. “Je wordt er misschien niet rijk van, maar we wonen mooi vrij en zijn eigen baas.”
Hij was werkzaam in de landbouwmechanisatie, toen hij voor de keus stond die hij eigenlijk nog een paar jaar voor zich wilde uitschuiven: het ouderlijk bedrijf overnemen. “Ik had de opleiding landbouwmechanisatie afgerond en wist nog niet zeker of ik verder wilde gaan met het bedrijf. Het duurt nog wel een jaar of tien, hield ik me altijd voor ogen. Maar het loopt soms anders.” Zes jaar terug overleed zijn vader na een ernstige ziekte. Met moeder Rita gaat Wouter verder in een maatschap.
Alles in eigen beheer
Om ervaring op te doen als melkveehouder gaat Wouter eerst een samenwerkingsverband met een ander bedrijf aan. Inmiddels opereert hij alweer twee jaar lang zelfstandig, samen met echtgenote Hannah (‘een boerendochter’). “Wat we voor ogen hebben is een echt gezinsbedrijf. Ik dacht altijd dat grootschalig ondernemen de toekomst was. Daar zijn we helemaal van teruggekomen. We hebben een bedrijf met 75 melkkoeien en gebouwen die wat ouder zijn. Door alles in eigen beheer te doen kunnen we toch een goeie boterham verdienen. Je ziet wel meer om ons heen dat groot niet alleen maar voordelen heeft. De overheid wil het ook niet meer. Net als de consument. We proberen elk jaar wel iets te groeien. Maar wel wat binnen een gezinsbedrijf past en wat we zelf aan kunnen.”
Nieuw bouwen
Plannen genoeg, constateert Wouter. “Dit jaar een stukje schuur erbij, we hebben een sleufsilo gezet. We willen een keer iets aan de gebouwen doen, want je moet toch dertig, veertig jaar verder. In twee jaar tijd zijn we anderhalve ton aan melk gegroeid. Die lijn proberen we door te zetten. Want als je nieuw gaat bouwen, moet je daar toch naartoe groeien. En we optimaliseren veel. Elk jaar verbouwen we mais. Het perceel kilveren, egaliseren en opnieuw inzaaien, zodat we ook het ruwvoer goed voor elkaar hebben.”
Motivatie
Met Hannah woont Wouter inmiddels op het bedrijf, dat de 46 hectare grond pacht van gemeente Kampen. Sinds kort is er versterking van zoontje Roelof (‘vernoemd naar mijn vader’). Het is hard werken, maar ook genieten. “Je hebt je werk direct naast je huis. Kinderen kunnen vrij rondlopen op de boerderij. Het is het ondernemerschap, de vrijheid die je hebt. Je wordt er misschien niet rijk van, maar we wonen mooi vrij en zijn eigen baas. Daar haal ik motivatie uit, dat we met een iets verouderd bedrijf de afgelopen twee jaar toch stappen hebben kunnen zetten. Ik vind het mooi om iets op te bouwen. Hier haal ik meer energie uit dan wanneer ik de kans zou krijgen op een kant en klaar nieuw bedrijf te beginnen.”
Veel vrije tijd blijft er niet over. “Maar mijn werk is mij hobby”, zegt Wouter met een lach. “Ik heb geen hobby, doe niet aan sport. Werken bij huis, daar haal ik mijn energie uit.”
Goed advies
Alfa is de accountant in huize Steenbeek. Wouter: “Bij de ontbinding van de samenwerking een paar jaar terug heeft Alfa ons door de hele situatie heen geholpen. Als Alfa niet naast mij had gestaan, weet ik niet of ik nu wel boer zou zijn. Ze komen voor je belangen op. Ik heb al die kennis niet, al is door de ervaring van de afgelopen jaren die kennis wel een stuk groter geworden. Ik heb echt baat gehad bij een goed advies. Anders had ik er nu heel anders voor gestaan. En nu het goed draait heb ik Alfa nog steeds nodig. We zijn nu weer bezig om met de BAS bedrijfsrapportage de puntjes op de i te zetten. Ik ben er net mee begonnen. De bedoeling is dat ik met een studiegroep ga meedraaien. Dan kan ik vergelijken hoe anderen het doen. Anders weet ik het wel: dan krijg ik de resultaten op de mail en gebeurt er niks mee.”